De afwezigheid van bepaalde fundamentele zekerheden, met name werk.
Die zekerheden stellen individuen en gezinnen in staat hun beroepsmatige, gezins- en sociale verantwoordelijkheden op zich te nemen en van hun fundamentele rechten te genieten. Bij bestaansonzekerheid kan men niet meedoen in de maatschappij volgens algemeen aanvaarde leefpatronen van die samenleving. Het ontbreken van die zekerheden op één of meerdere vlakken kan leiden tot kansarmoede, sociale uitsluiting en (extreme) armoede.
De term wordt ook gebruikt als eufemisme voor armoede.
Voorbeeld
- 'Velen van u zullen het met mij eens zijn dat onze tijd lastig en duister is. De coronacijfers zijn hoog en de samenleving is voor een deel weer tot stilstand gekomen. Steeds luider klinken opnieuw de zorgelijke verhalen uit onze ziekenhuizen en verzorgingshuizen. Niet weinig mensen voelen zich eenzaam en de economische gevolgen van de coronapandemie geven bij velen een gevoel van bestaansonzekerheid.'
Bron: bisdomdenbosch.nl - 09-11-2020.
- ''Maar het belangrijkste is dat juist de rijksoverheid het grotere maatschappelijke probleem bij de kern aanpakt: de toenemende bestaansonzekerheid onder steeds grotere delen van de bevolking. Als bijna een derde van je bevolking structureel te weinig geld heeft om normale vaste lasten, zoals huur, energie, levensonderhoud en zorg, te betalen, dan is er wel iets aan de hand.'
Bron: binnenlandsbestuur.nl, quote Erik Dannenberg, Raad voor Volksgezondheid en Samenleving - 20-04-2022.
Zie ook: onzekerheid, werkloosheid, stapelbaan, financieel kwetsbaar, rondkomen, basisbehoeftenniveau, just about managing, keurslijfeconomie, minima, armoede, armoedeval, extreme armoede, minima, kansarmoede, sociale uitsluiting, moderne slavernij, the haves and the have nots, somewheres. Tegenovergesteld: bestaanszekerheid. Vergelijk: levenslooponzekerheid, inclusieve economie.
Tip anderen
|