laissez faire, laissez passer |
| Soms ook alleen als 'laissez faire' omschreven. Letterlijk: op zijn beloop laten, maar laten gaan, de vrije hand laten. Synoniem voor een economische theorie die stelt dat de overheid zo min mogelijk dient te regelen en de economische gang van zaken moet overlaten aan de (vrije) markt.
De term wordt geassocieerd met de klassieke economen.
Voorbeeld
'Johnson kijkt lachend toe hoe ‘nieuw geld’ de macht grijpt - ........Het nieuwe geld van Wall Street stroomt naar radicale laissez faire politiek, voedt haar platforms en algoritmes, én ook alt-right. Waarom? Deze krachten ijveren voor nog minder regels. De democratie is daarbij van secundair belang, laat staan dat de rechtstaat of de mensenrechten belangrijk gevonden worden. Dit is waar brexit echt over gaat. De nieuwe lijn van Johnson loopt naar een nieuw model voor de westerse samenleving. Daarin worden de democratische tegenkrachten van het financiële kapitalisme buitenspel gezet, te beginnen met de overheid en eindigend met de democratie.'
Bron: FD, column Mathieu Segers - 14-02-2021.
Zie ook: economie, vrije markt, marktwerking, klassieke economen, kapitalisme, neoliberalisme, vrijemarktdenker, vrijemarktfundamentalisme, marktisme, nachtwakersstaat.
Tip anderen
| |