- Betaalloket, bergplaats voor of bewaarplaats van geld, geldlade.
- Hulpmiddel bij het rekenen, een kasregister.
- Deel van een winkel waar betaling verricht wordt ("U kunt betalen aan de kassa").
- Uitroep op het moment dat er geld verdiend wordt, als er geld in het laatje komt ("Kassa!").
Zie ook: cash, contant geld, munten, contanten, liquide middelen, kasstroom, toonbankbetalingsverkeer, point of sale, kasbeheer, kassabon, auditfile, BTW-bon, afroomkassa, witte kassa, internetkassa, onbemande kassa.
Tip anderen
|