Ook: asset-inflatie.
(Deel van de) inflatie dat wordt veroorzaakt door stijging van prijzen van onroerend goed en beurskoersen. Deze prijsinflatie is niet zichtbaar via de gangbare prijsmetingen (consumentenprijsindices), die alleen de prijsontwikkeling van consumptiegoederen weerspiegelen. Een stuwende factor achter vermogensinflatie is de beschikbaarheid van overvloedig krediet (goedkoop geld), bijvoorbeeld door grootschalige verruiming van de geldmarkt (monetaire financiering) door centrale banken.
Voorbeeld
'De wereld zit in een enorme inflatiegolf die veel kwaad aanricht: assetinflatie. Een bijkomend effect is dat het niet-functionerende of zelfs frauderende bedrijven genereert, schrijft hoogleraar Theo Kocken. Sommige economen willen dit helaas niet zien, omdat zij inflatie meten als de prijs van een brood en huur en niet als de prijs van een huis en een aandeel. Dankzij deze eenzijdige inflatiedefinitie kan de ontwrichtende werking van opkoopprogramma’s door centrale banken ongehinderd doorgaan. Huizenprijzen exploderen zelfs in coronatijd nog en de waarde van bedrijven schiet overal naar recordhoogten.'
Bron: FD - 07-04-2021.
Engels: asset-price inflation.
Zie ook: goedkoop geld, gratis geld, verruiming van de geldmarkt, monetaire financiering, kwantitatieve verruiming, opkoopprogramma, helikoptergeld, big bazooka, Draghinomics.
Tip anderen
|