- De economie van een land dat relatief veel exporteert en importeert ten opzichte van de binnenlandse productie.
Een open economie is daardoor gevoelig voor wijzigingen in de economie van andere landen of werelddelen, zoals handelsconflicten.
Nederland heeft bijvoorbeeld een zeer open economie.
- Een economie die een ongehinderd grensoverschrijdend verkeer van personen, kapitaal, goederen en diensten toestaat.
Voorbeeld
'Nederland is een open economie: van elke euro die de Nederlandse industrie verdient, wordt meer dan 70 cent door export opgebracht. Nederland exporteert ook veel intermediaire goederen. In een gemondialiseerde wereld, waarin productieketens met elkaar verweven zijn geraakt, kan het uitvallen van een enkel bedrijf hele ketens verstoren. Het coronavirus verspreidt zich ook razendsnel bij onze belangrijkste handelspartners, zoals Duitsland, Frankrijk en het VK. Doordat de consumptieve bestedingen ook in die landen teruglopen, vallen ook de in- en uitvoer fors terug.'
Bron: insights.abnamro.nl - 27-03-2020.
Engels: open economy.
Zie ook: globalisering, wereldeconomie, productieketen, investeringsklimaat, impossible trinity, uitvoer, uitvoerquote, invoer, betalingsbalans, kapitaalmobiliteit, vrijhandel, handelspartner, handelspolitiek, handelsconflict, handelsoorlog, productieketen, Global Index of Economic Openness. Tegenovergesteld: gesloten economie. Vergelijk: vitaal nationaal belang.
Tip anderen
|