Ook: valutaoorlog.
In afgezwakte vorm wordt ook wel gesproken over valutastrijd.
Het door verschillende landen gevoerde beleid om de eigen munteenheid te devalueren om daarmee de uitvoer goedkoper te maken en zo de eigen binnenlandse problemen op te lossen. Hierbij lijken sommige landen tegen elkaar 'op te bieden'.
Ook het aandringen op het laten stijgen van de munt van andere landen valt onder dit begrip.
Voorbeeld
- 'Nieuwe valutaoorlog? Regering-Trump valt Duitsers aan, dollar onderuit - Na wat mogelijk de openingssalvo's in een nieuwe valutaoorlog zijn, is de dollar dinsdag fors onderuit gegaan. Aanleiding zijn beschuldigingen van Trumps belangrijkste handelsadviseur aan het adres van Duitsland. Peter Navarro, die als econoom bekend staat als een havik op het gebied van internationale handel, beschuldigde tegenover de Financial Times de Duitsers van vals spel. Hij noemde de euro een 'impliciete Duitse mark' die 'fors ondergewaardeerd' is.'
Bron: Volkskrant - 31-01-2017.
- 'Amerikaanse beurzen diep in het rood door oplopen handelsspanningen met China - Beleggers waren al onzeker nadat president Donald Trump eind vorige week extra importheffingen op Chinese goederen had aangekondigd. Maar maandag kwam daar nog bij dat China als represaille de waarde van de renminbi liet dalen. Daarmee komt het gevaar van een valutaoorlog om de hoek kijken. Beleggers vluchtten in staatsleningen en goud.'
Bron: FD - 06-08-2019.
Engels: currency war.
Zie ook: handelsconflict, devaluatie, competitieve devaluatie, handelsbalans, handelsoverschot, handelstekort, Abenomics, Trumponomics, race to the bottom. Vergelijk: prijzenoorlog, handelsoorlog.
Tip anderen
|