Geldbedrag dat opzij wordt gezet om bepaalde tegenvallende ontwikkelingen in de toekomst het hoofd te kunnen bieden.
Bij banken kan dat bijvoorbeeld een voorziening zijn voor kredietrisico's (kredietverliezen); de vorming van zo'n reserve zal over het algemeen aan bepaalde voorwaarden moeten voldoen; de fiscus verlangt bijvoorbeeld een goede onderbouwing.
Voorbeeld
- 'De winst van de Rabobank is vorig jaar met meer dan een kwart teruggevallen. De belangrijkste reden: de bank moet honderden miljoenen storten in de stroppenpot. Banken hebben een stroppenpot om daar tegenvallers mee op te vangen. Het gaat dan om klanten die in de problemen komen en hun lening niet meer kunnen aflossen bij de bank. De Rabobank is flink somberder geworden, want het heeft de stroppenpot met maar liefst 400 procent aangevuld. Het heeft nu bijna een miljard euro achter de hand. De laatste jaren was dat potje juist flink gedaald.'
Bron: RTLZ.nl - 13-02-2020.
- 'De winstval was vooral het gevolg van de significant hogere toevoeging aan de stroppenpot. Rabobank reserveerde een extra €1,4 mrd voor leningen die mogelijk niet terugbetaald zullen worden, ruim drie keer zoveel als in de eerste helft van vorig jaar. De bank verwacht dat veel klanten vanwege de coronacrisis te maken gaan krijgen met betalingsproblemen, hoewel er tot dusver nog relatief weinig sprake is van wanbetalingen. In totaal heeft Rabo iets meer dan €5 mrd gereserveerd voor kredieten die mogelijk verzuren.'
Bron: FD - 14-08-2020.
Engels: contingency fund.
Zie ook: voorziening algemene risico's, reserve, voorziening, opzij zetten, potje, buffer, bankenbuffer, kredietrisico, kredietcyclus, wanbetaling, lijken uit de kast, tegenvaller, strop, zeperd, bijzonder beheer. Vergelijk: rampengeld, steunfonds.
Tip anderen
|