- Handelingen, acties waarmee op de - meestal: nabije - toekomst wordt vooruitgelopen, met de bedoeling persoonlijk voordeel en winst te halen uit ontwikkelingen in de toekomst; bij ontwikkelingen gaat het om de prijsontwikkeling in de
toekomst van ondernemingen of financiële activa (zoals aandelen of obligaties) of grondstoffen.
De persoon of instelling die deze handelingen verricht wordt de speculant genoemd, de handelingen zelf speculatie. Speculanten nemen meer risico en zijn minder geïnteresseerd in de economische aspecten. Woorden als speculeren, speculatie en speculant hebben een negatieve bijklank.
- Het op basis van veronderstellingen uitspraken doen, meningen geven.
Voorbeeld:
'In de Vlaamse pers wordt volop gespeculeerd over een totale overname van ’koopje’ Fortis, al dan niet geregisseerd door de autoriteiten in de Benelux. Daarbij vallen de namen van BNP Paribas, HSBC, ING en Rabobank. "Daarop antwoorden is speculatie”, aldus [red.: inmiddels voormalig interimtopman Herman] Verwilst.'
Bron: DFT.nl - 27-09-2008.
Zie ook: speculatief, angst en hebzucht, gut feeling, the greater fool theory, hot money, Minsky, Minsky-moment, casino, gokken, windhandel, in de wind gaan, actionisten, boom, tulpenmanie, bubble-economie, financieel gedreven economie, goudkoorts, koersexplosie, woekerprijs, irrational exuberance, jojo-aandeel, meme-aandeel, flipper, trofeeënmarkt, valutaspeculatie, koersmanipulatie, koersorkestratie, paniekverkopen, decentrale financiering.
Tip anderen
|