Vaak wordt een koersdaling van 20% of meer in een korte tijd een 'krach' of 'beurskrach genoemd (volgens sommigen 25% of meer). Kort voor beurskrach, een plotselinge, zeer grote koersval. Voorbeelden: de beurskrach in 1929, Black Monday, Terrible Tuesday.
In het Nederlands wordt ook regelmatig de Engelse term 'crash' of gebruikt.
Die heftige en plotselinge koersdaling kan een neveneffect zijn van een grote rampzalige gebeurtenis, een economische crisis, of het in elkaar ploffen van een speculatieve zeepbel. Die koersdaling kan versterkt worden door paniekverkopen of automatische, door algoritmes (computergestuurd beleggen) 'getriggerde' verkopen.
Engels: crash.
Zie ook: correctie, bear market, beurspaniek, beurskrach, crash, correctiefase, bearmarktindicator, zwarte maandag, Kladderadatsch, bloedbad (op de beurs), sluipkrach, Hindenburg omen, discontinue koersbeweging, black swan, perfecte storm. Vergelijk: correctie.
Tip anderen
|