Een hypothecaire lening waarop niet hoeft te worden afgelost maar bij de aanvang of gedurende de looptijd periodiek (meestal per maand) een vast bedrag wordt gestort op een beleggingsrekening. Die stortingen worden gebruikt voor de aankoop van effecten (aandelen en/of obligaties, vaak ook alleen beleggingsfondsen). Het te storten bedrag is zo gekozen dat op grond van het verwachte rendement op de belegging de hypothecaire lening aan het eind van de looptijd kan worden afgelost. Het is dus niet zeker dat waarde aan het einde ook voldoende is. Vanzelfsprekend moet ook rente op de hypothecaire lening worden betaald.
Bij een eenmalige storting is het soms mogelijk om dat bedrag bij te lenen. De beleggingshypotheek is dus niet zonder risico aangezien het rendement op de portefeuille per saldo (aanzienlijk) lager kan zijn dan het rendement dat bij de aanvang als basis voor de berekening werd gebruikt. Als er sprake is van een geleende eenmalige storting komt daar een extra risico bij omdat er in feite met geleend geld (een vorm van effectenkrediet) wordt belegd.
Een bijzondere vorm van een beleggingshypotheek is de beleggingsverzekeringshypotheek. Hierbij wordt naast de hypothecaire lening een gemengde levensverzekering afgesloten waarvoor (naast de rente op de hypothecaire lening en het bedrag dat wordt gebruikt om te beleggen) periodiek een premie moet worden betaald.
Gebleken is dat de aanbieders van deze hypotheken vaak onvoldoende inzicht geven in de kosten die daaraan zijn verbonden, zoals uitkeringen aan de tussenpersoon, premie voor de verzekering, effectenprovisies en andere aan een effectendepot verbonden kosten. Deze kosten kunnen een groot deel van de periodiek te betalen bedragen uitmaken waardoor het voor belegging beschikbare deel veel lager is dan werd 'voorgespiegeld' en de kans dat aan het einde van de looptijd de gehele lening uit de opbrengst van de effecten kan worden afgelost veel kleiner dan werd aangenomen.
Zie ook: woekerpolis.
Engels: pledged account mortgage (PAM).
Tip anderen
|