Een historische volatility-berekening, waarbij voor een onderliggende waarde op basis van dagrendementen de 1-, 3-, 6- en 12-maands historische beweeglijkheid (volatility) wordt berekend. Deze berekening wordt herhaald voor (bijvoorbeeld) een 2-jaars periode die vandaag, een maand geleden, twee maanden geleden, enzovoort tot en met de hier als voorbeeld gegeven 2-jaars periode eindigde.
Vervolgens worden uit de voor een bepaald tijdstip berekende 1-, 3-, 6- en 12-maands volatilities - dat wil zeggen: voor iedere reeks afzonderlijk - de hoogste, de laagste en de gemiddelde volatility gefilterd c.q. berekend.
Ten slotte worden de gevonden cijfers grafisch uitgezet, en worden alle hoogste waarden door een lijn met elkaar verbonden, alsook de laagste en de gemiddelde waarden. Zo ontstaat een afbeelding die een boven- en ondergrens en een gemiddelde waarde van de diverse historische volatilities toont.
De boven- en ondergrens vertonen vaak de vorm van een op zijn kant liggende kegel ('cone'), waarbij het smalle uiteinde als gevolg van het 'mean reversion' effect ligt bij de langste (12-maands) periode.
Vaak worden in deze grafiek ook de implied volatility van at-the-money opties met verschillende looptijden afgebeeld, zodat men implied en historische beweeglijkheidsfactoren met elkaar kan vergelijken.
Zie ook: volatility, implied volatility. Vergelijk: volatility-patroon.
Tip anderen
|