Een situatie waarin het mechanisme van vraag en aanbod - het prijsmechanisme, het marktmechanisme - niet goed werkt, bijvoorbeeld:
- Perfect werkende markten veronderstellen dat kopers en verkopers volledig op de hoogte zijn van alles wat de markt betreft (transparantie van de markt); er kan echter sprake zijn van onvolledige informatie bij kopers of bij verkopers, waardoor het mechanisme van vraag en aanbod niet goed werkt.
- Soms kunnen niet tot een evenwichtsprijs komen omdat het aanbod vertraagd reageert op het prijssignaal. Dit is vaak het geval als de natuur het tempo bepaalt, denk aan agrarische producten.
- Voor sommige goederen kan geen prijs bepaald worden. Denk aan collectieve goederen zoals een leefbaar milieu, veiligheid, straatverlichting, defensie, rechtszekerheid en openbaar bestuur; hiervoor is een overheid nodig om die te verschaffen.
- Soms is er veel aanbod maar is er geen vraag die het aanbod kan opnemen (bijvoorbeeld bij vraaguitval), of omgekeerd (bijvoorbeeld bij een short squeeze).
- Sommige prijzen zijn bij een vrije werking van vraag en aanbod hoger of lager dan men op een bepaald moment maatschappelijk aanvaardbaar vindt. De overheid grijpt dan in en stelt maximum- of minimumprijzen vast.
Er is doorgaans geen sprake van volkomen concurrentie met een perfect werkend marktmechanisme. Monopolies en oligopolies kunnen door machtsposities de wensen van consumenten beïnvloeden of zelfs voorbij gaan aan die wensen (zie ook: marktmacht).
Engels: market failure.
Zie ook: marktmechanisme, vraag, aanbod, marktinfarct, transparantie van de markt, informatie-asymmetrie, gelijk speelveld, marktverstoring, minimumprijs, maximumprijs, marktmacht, marktvorm, monopolie, oligopolie, varkenscyclus, vraaguitval, squeeze, short squeeze, paniekverkopen, noodverkoop, sell-out.
Tip anderen
|